Genetisch onderzoek naar ACADM mutatie

Met DNA-onderzoek worden de genen zelf onderzocht en kunnen mutaties opgespoord en geïdentificeerd worden. Het is uiteraard onmogelijk alle 25.000 genen van een mens te onderzoeken. Omdat men in het geval van MCAD deficiëntie precies weet op welk gen de mutatie zich bevindt (het ACADM gen, zie ook de pagina over de mutatie), kan men zich richten op enkel dit gen.

Men weet nu ook dat allerlei verschillende mutaties in een gen dezelfde erfelijke aandoening kunnen veroorzaken. Om die reden komt het vaak voor dat voor elke familie met een bepaalde erfelijke aandoening afzonderlijk de mutatie moet worden opgespoord. Dit kan een tijdrovend onderzoek zijn. Daarom is DNA-onderzoek moeilijk, en duur, en moet men vaak lang op de uitslag wachten.

Om de mutatie op het gen op te sporen, zal de DNA-sequentie van dat gen moeten worden bepaald. Zoals in de pagina over DNA en genen beschreven wordt, bestaat een gen uit een lange ketting van de chemische basen A, C, T en G. Een voorbeeld van een (kort) stukje van zo een sequentie is dan CGGGGATCCTCTAGAGT. Deze sequentie kan men dan vergelijken met de normale sequentie van het gen, en zo kan men een mutatie vaststellen.


De meest klassieke mutatie die MCAD deficiëntie veroorzaakt is A985G, en hierbij werd een adenine (A) vervangen door een guanine (G) op positie 985.
Een ander voorbeeld van een mutatie is C1045T waarbij een C vervangen werd door een T op positie 1045.
Er zijn dus verschillende mutaties mogelijk. Een patiënt met MCAD deficiëntie kan 2 keer dezelfde mutatie hebben op beide allelen. Patiënten met 2 keer de A985G mutatie komen heel vaak voor. Zij worden homozygoot voor de mutatie A985G genoemd.
Een patiënt kan ook 2 verschillende mutaties hebben, bvb A985G op het ene allel en C1045T op het andere allel. Dit wordt samengesteld heterozygoot genoemd.

Sommige mutaties veroorzaken een ernstige vorm van MCAD deficiëntie, waarbij de enzymatische activiteit dus zeer sterk verlaagd is.
Andere mutaties lijken milder van vorm te zijn, en veroorzaken een iets minder sterk verlaagde enzymatische activiteit. Men spreekt dan van een milde vorm van MCAD deficiëntie.

Toch is er op vandaag geen eenduidig verband gelegd tussen de genafwijking zelf ("genotype") en de mate waarin MCAD deficiëntie zich in de patiënt manifesteert ("phenotype").
Men kan bijvoorbeeld 2 patiënten (zelfs broers en zussen!) hebben die allebei homozygoot zijn voor A985G, maar die toch anders reageren in gevallen van metabole stress. De ene zal misschien pas na 36 uur vasten problemen krijgen, terwijl de andere dat al na 12 uur kan krijgen.
Men vermoedt dat er nog andere factoren (anders dan enkel de genafwijking) meespelen die de ernst van de MCAD deficiëntie mee bepalen. Maar hier moet nog verder onderzoek naar gedaan worden.

Het is dus belangrijk om te weten dat enkel de genafwijking niet de ernst van de MCAD deficiëntie bepaalt, en dat men niet zomaar mag uitgaan van een milde vorm omdat er een mutatie gevonden is die in andere patiënten mild lijkt te zijn!
Individueel onderzoek en observatie van elke patiënt is noodzakelijk om tot dat soort conclusies te kunnen komen.

Patiënten bij wie de diagnose nog niet gesteld is, kunnen vroeg of laat een metabole crisis doormaken.
Lees verder over hoe men bij zo een crisis ook nog de diagnose kan stellen >


Referenties
De informatie op deze website is een synthese van informatie die publiek toegankelijk is op andere websites, en van informatie uit boeken die vrij te koop zijn.
De inhoud van deze website werd gevalideerd door een arts gespecialiseerd in metabole aandoeningen. Om de identiteit van mijn dochter te beschermen, wordt ook zijn identiteit verborgen gehouden. Zie ook hier.
Contacteer altijd uw eigen arts in geval van vragen!

Deze pagina werd het laatst gewijzigd op 28 mei 2011