Orale inname van carnitine-supplementen

Soms kan bij patiënten met MCAD deficiëntie de hoeveelheid vrije carnitine in het bloed laag zijn. Zie ook het hoofdstuk over de rol van carnitine in de vetverbranding voor meer informatie over hoe dat komt.

In theorie kan het aanvullen van de vrije carnitine ervoor zorgen dat de giftige stoffen die ontstaan bij een defecte beta-oxidatie beter afgevoerd kunnen worden via de urine.

In theorie kan het aanvullen van de vrije carnitine er ook voor zorgen dat, op het moment dat het lichaam onder grote metabole stress staat, de lange vetzuurketens gemakkelijker in het mitochondrion getransporteerd kunnen worden zodat daar toch wat energie kan uitgehaald worden.

In theorie kan het echter ook betekenen dat het aanvullen van vrije carnitine de beta-oxidatie van lange vetzuurketens bevordert, daardoor meer middellange vetzuurketens produceert die niet verder afgebroken kunnen worden en als gevolg hiervan dus nog meer stress legt op het metabolisme.

In theorie zou het ook kunnen dat het lichaam zelf meer carnitine zal aanmaken in tijden van grote nood in een poging het evenwicht te herstellen (carnitine kan immers aangemaakt worden door het lichaam of opgenomen worden in de voeding). Dit geldt dan vooral in tijden van grote lichamelijke inspanning.

Verder is het zo dat de hoeveelheid carnitine in het bloed geen correcte weerspiegeling is van het carnitinegehalte in het hart en de spieren. Daarom is het niet alleen onduidelijk of er bij een carnitine-deficiëntie in het bloed ook een carnitine-deficiëntie in het hart en de spieren is, maar is het ook onduidelijk of orale inname van carnitine supplementen dan de hoeveelheid carnitine in het hart en de spieren beïnvloedt.

Er is helaas nog geen enkele substantiële test gedaan waarbij bewezen werd dat ook in de praktijk het innemen van carnitine-supplementen de algemene toestand van de patiënt met MCAD deficiëntie verbetert.

Daarnaast is wel geweten dat patiënten die een carnitine-deficiëntie hebben (als primaire aandoening, en dus niet als secundair gevolg van MCAD deficiëntie) gemakkelijker last krijgen van hartfalen en dergelijke.

De inname van carnitine-supplementen op zich is niet schadelijk voor patiënten met MCAD deficiëntie.

Ondanks de controverse wordt er dan toch meestal voor gekozen de vrije carnitine aan te vullen met orale supplementen als die te laag zijn (baat het niet, dan schaadt het niet).
Sommige dokters zullen de carnitine-supplementen opstarten zodra de diagnose van MCAD deficiëntie bevestigd is (ongeacht de hoeveelheid vrije carnitine in het bloed).
Andere dokters zullen de carnitine-supplementen pas opstarten als de hoeveelheid vrije carnitine in het bloed te laag wordt.
Nog andere dokters zullen nooit carnitine-supplementen opstarten.

Neem altijd contact op met uw arts as u hier vragen bij heeft!

Nog belangrijk om te weten is dat enkel de carnitine-supplementen die voorgeschreven werden door uw arts geschikt zijn.
Carnitine-supplementen die men in sportvoedingswinkels vindt, zijn niet altijd geschikt! Vaak zijn ze te traag of niet volledig afbreekbaar, en vaak komt de dosis die op de verpakking staat niet overeen met de werkelijke hoeveelheid opneembare carnitine in het product!!

Tot nu toe werden de voorzorgsmaatregen besproken in normale omstandigheden.
Lees verder over wat te doen in noodgevallen >

Referenties
De informatie op deze website is een synthese van informatie die publiek toegankelijk is op andere websites, en van informatie uit boeken die vrij te koop zijn.
De inhoud van deze website werd gevalideerd door een arts gespecialiseerd in metabole aandoeningen. Om de identiteit van mijn dochter te beschermen, wordt ook zijn identiteit verborgen gehouden. Zie ook hier.
Contacteer altijd uw eigen arts in geval van vragen!
 
Deze pagina werd het laatst gewijzigd op 28 mei 2011